in het vroege voorjaar mijn reukorgaan zo op de proef heeft gesteld
met ingrijpende gevolgen?
Die de ruimte onder onze bijkeuken had uitverkoren als winterverblijf
met binnen-w.c.?
Die daar geuren produceerde, die aanvankelijk leken op rioollucht,
maar later meer weg hadden van een zoete, gasachtige stank, die
vooral ‘s morgens hinderlijk aanwezig was?
Waardoor ik in eerste instantie het rioleringsbedrijf raadpleegde,
die voor 300 euro een rookdetectie deed om eventuele lekken in de
buizen op te sporen:
Geen lekken.
Die mij diverse malen door de bijkeuken deed kruipen met mijn neus in
alle hoeken en gaten, waarna ik op de zaterdag voor Pasen boven de
gasmeter die geur wel heel pregnant bespeurde.
“Wanneer u een gaslucht denkt te ruiken, dient u uw gasbedrijf te
bellen” zo vertelde Google mij.
Het gasbedrijf achtte het noodzakelijk de brandweer alsmede een eigen
medewerker naar ons toe te sturen. En droeg mij op: buitendeur open
en alle levende wezens naar buiten…
Onze binnenkatten lokte ik met een zoet lijntje naar zolder, luik
dicht: het huis zou toch niet meteen ontploffen, anders was het al
gebeurd – man naar buiten.
Toen ik zelf naar buiten ging hoorde ik de sirene van de brandweer
al. Minstens vier brandweerlieden sprongen uit de auto en renden
stijf van de adrenaline over de oprit achterom de bijkeuken in met
het gasdetecteerapparaat.
Geen of te weinig gas om te meten: wachten op het gasbedrijf.
Twee politieagenten bij de deur. “?”
“Wij moeten bij een gaslek de straat afzetten.”
“O, nee, wat heb ik gedaan, had ik maar nooit gebeld…”
Agente: “Mevrouw, als u denkt gas te ruiken, moet
u dit melden”.
Na een tijdje kwam de medewerker van het gasbedrijf de meter
demonteren, opnieuw aansluiten en de gasleidingen via een drukmeting
controleren op lekken.
Geen lekken.
Men zei: het kan een beest zijn geweest, ratten of een steenmarter,
die in de kruipruimte de stank veroorzaakten.
Toen iedereen na anderhalf uur weer vertrokken was, trokken wij de koelkast open om onze stress weg te eten met het grootste stuk taart daar aanwezig
en veel sterke koffie.
In de weken erna trok de stank langzaam weg. Intussen brachten we zo
veel mogelijk bij kieren en gaten langs de onderranden van het huis
met gaas en stenen versperringen aan.
N.B. Manlief had al die maanden niets bijzonders geroken – zijn
reukvermogen is de laatste jaren minimaal.
Toen het eind oktober weer kouder ging worden, besloten we de
inmiddels aangeschafte Wildcamera weer te plaatsen bij de verdachte toegangsroute tot de krochten onder de bijkeuken. In
de zomer leverde dat slechts beelden van de buurkatten op.
En ja hoor: twee weken geleden bij het uitlezen: beet! Een
marterachtige (steenmarter?), die precies op de verdachte plekken zat
te rommelen en te snuffelen, op foto en video.
Was jij het die je winterverblijf kwam inspecteren?
Ik spuit nu met stankjes ( etherische olie in een wateroplossing ; tea tree, citroen) langs de muur en voor alle zekerheid onder de auto. En hoop dat hij / zij een ander winterverblijf gaat zoeken.